zondag 25 augustus 2013

Hoofdstuk 4

Zwijgend liepen ze een oud pad in. Snow voorop, gevolgd door Tommy en als laatste Sjakko. Ze zeiden weinig tegen elkaar, alleen als het echt nodig was. Er hing een gespannen sfeer. Plots bleef Snow abrupt stilstaan. 'Hier in de buurt is een andere wolvengroep' fluisterde ze. 'Is dat een probleem dan?' vroeg Tommy. Het bleef even stil. 'Ik weet het niet' zuchtte Snow toen. 'Ik dacht dat de wolven die hier leefden de rust wilde bewaren, waarom zijn we dan zo bang?' vroeg Sjakko. 'Blackjack deed het toch ook niet' mompelde Tommy. 'We zullen wel door hun gebied moeten of wil je soms terugkeren?' vroeg Snow. 'Dat nooit!' riep Sjakko uit. Tommy mompelde wat maar zei het niet hardop. 'Onze enige optie om heelhuids door het territorium te kunnen is door met ze te gaan praten' Snow keek beide wolven even aan. Haar blik gleed naar beneden waar de pups aan het rollen waren. 'Ik heb beloofd ze te beschermen' voegde ze zachtjes aan toe. Sjakko stapte naar voren 'Dan doen we dat ook' antwoordde hij vastberaden. Tommy dacht hier even over na, maar knikte toen. 'We doen het!'. Ze liepen het steile pad weer verder op met Snow als navigatie. Tommy en Sjakko verbaasden zich nog steeds hoe ze dingen zo goed kon onthouden. Ooit hadden ze het gevraagd en Snow had lachend geantwoord: 'Vrouwen hebben nu eenmaal meer hersens!' Ze konden haar geen ongelijk geven. Tegen haar kennis konden ze niet op. Toen ze eenmaal het steile pad hadden beklommen kwamen ze uit op een leeg stuk bos. De planten die er groeiden waren zo gevlochten dat ze als afdak konden dienen. Overal liepen wolven rond en er klonk vrolijk gelach. Aarzelend stapte Snow naar voren. Zij sprak een wolf aan. 'Mag ik jullie leider spreken?' vroeg ze beleefd. De wolf glimlachtte vriendelijk. 'Hij is nu nog in gesprek maar ik kan wel wat regelen, wacht hier.' Ze liep weg en de drie wolven bleven staan. De bewoners keken hun raar aan, sommige zelfs dreigend. Sjakko voelde zich niet op zijn gemak. De wolf die hun hielp leek hem toch wel een stuk aardiger. Ze kwam met een glimlach aanlopen. 'Hij kan jullie zo spreken.' Sjakko deed een stapje naar voren en stak zijn poot uit. 'Mijn naam is Sjakko.' zei hij. De wolf schudde zijn poot. Mijn naam is Sacha' antwoordde ze. Snow bestudeerde haar even. Toen kwam de leider aanlopen. Het was een wat oudere, mannelijke wolf die hun bestudeerde. 'Wat brengt jullie hier?' vroeg hij achterdochtig. Snow nam het woord. 'We kunnen niet lang blijven maar er is iets dat u moet weten, het is nogal ernstig.' De wolf dacht hier even over na en knikte toen. Hij beval hun mee te komen en zo zaten ze even later bij de slaapplek van de leider. Sacha nam naast hem plaats. De glimlach was verdwenen en had plaatsgemaakt voor een ernstig gezicht. Opnieuw nam Snow weer het woord. 'Onze clan is een paar dagen geleden aangevallen' begon ze. De man keek hun afkeurend aan. 'We hebben het druk met onze zaken en hebben geen tijd om jullie te beschermen' antwoordde hij. 'Daar gaat het ook niet om' antwoordde Snow. De man schoot in de lach 'Wij hebben ook geen bescherming nodig maar toch bedankt voor jullie komst' antwoordde hij. Hij wandelde weg en Snow bleef versteend staan. Sacha glimlachtte verontschuldigend. 'Hij heeft het druk' zei ze. Snow balde haar poten. 'Als hij zijn bloedeigen groep niet belangrijk dan zoekt hij het maar uit' riep Snow uit. Op dat moment klonk er een gil. Sacha sprong op van schrik. 'Dit kan niet waar zijn' zei Snow zacht. 'Als jullie hiermee te maken hebben..' Sacha maakte haar zin niet af en sprong naar buiten. Ze volgden haar. Buiten troffen ze de schrik van hun leven aan. Blackjack en zijn volgers hadden een paar wolven omsingeld waaronder ook de clanleider. Hij lachtte luid om hun angst. Sacha was doodsbang en durfde niks te doen. Toen kreeg Sjakko een raar gevoel in zijn maag. Het mocht niet nog een keer gebeuren. 'Hey idioot!' riep hij hard. Blackjack draaide zich om. Hij lette niet meer op de leider maar richtte zich op Sjakko. 'Dacht ik het niet..' siste hij. 'Jij moet niet denken' grinnikte Sjakko. Er werd zachtjes gelachen. Nu kookte Blackjack van woede. Hij sprong op om Sjakko aan te vallen, maar die dook behendig weg. 'Oudje' riep hij spottend uit. 'Dat zullen we nog wel zien' was Blackjack's antwoord. Het werd een soort kat en muis spel, maar Sjakko wist diep vanbinnen dat hij dit ging verliezen. Sjakko knipoogde snel naar Snow voordat hij zich weer omdraaide en wegsprong. Snow begreep de hint. 'We moeten hier nu weg' zei ze zachtjes tegen Tommy en Sacha. Die keek haar verschrikt aan. 'Ik kan mijn vader niet alleen laten!' zei ze zacht. Blackjack had intussen door dat Sjakko hem probeerde af te leiden en richtte zich weer op de leider. Intussen likte hij zijn lippen kwaadaardig af. Sjakko keek er vol afgrijnzen naar. Er viel niets meer te doen besefte hij en ook Sacha besefte het maar al te goed. Ze waren altijd een afgelegen groep geweest en hadden weinig tot nooit een aanval van buitenaf gehad. Ze waren niet getraind om te vechten en maakten nu geen enkele kans. De enige manier was toezien wat ze met haar vader deden. Blackjack deed een stap naar voren en beet naar hem. Hij jankte kort maar deed niets terug. 'Lafaard!' riep Blackjack uit. Hij deed precies hetzelfde en liet een kras achter. Hij verwondde hem nog verder en stopte toen plots. De leider keek hem bang aan. 'Jou clan voor mijn leiderschap' stelde hij voor. De leider kreeg zijn vastberadenheid terug. 'Dat nooit' siste hij als antwoord. Blackjack haalde zijn poten op. 'Ik geen leider, dan jij ook niet' Hij liet een korte jank horen en de kring vernauwde zich. Wat er afspeelde wisten ze niet maar ze kwamen in beweging. Ze hoorden vaag gepiep. Tranen rolden over Sacha's wangen toen ze zag hoe haar vader werd afgevoerd. Ze kon niets doen. 'Het is oke' fluisterde Sjakko zachtjes. 'Het is oke...' Sacha liep betraand weg 'Het is helemaal niet oke!' schreeuwde ze uit. Ze snoof een keer. 'Het is helemaal niet oke' herhaalde ze zacht. Sjakko wist dat ze gelijk had.